COLUMN – Wat de afgelopen dagen vooral duidelijk is geworden, is dat ons systeem de naam democratie niet waard is.
Linksom of rechtsom, die zorgwet zal ons door de strot gedrukt worden. De hele week is druk uitgeoefend op de ‘dissidente’ eerste kamerleden om hun politieke mening te herzien, onder dreiging van het laten vallen van het kabinet. Beide coalitiepartners menen dat dit ‘een ramp voor het land’ zou zijn. Laat ik daar nu toch heel anders over denken.
Ik vraag mij ook werkelijk af wat de PvdA met dit kabinet nog denkt te winnen. Inhoudelijk is de PvdA in de huidige coalitie nauwelijks herkenbaar: op justitie en sociale zaken wordt hard conservatief-rechts beleid gevoerd, terwijl het nivelleringsfeestje dat ter compensatie moest dienen voortijdig is afgeblazen. De partij loopt dan ook leeg als een luchtballon op een cactus.
Maar los daarvan, het nivelleringsfeestje is niet het enige afgeblazen feestje. Deze kabinetsperiode beloofde in het begin ‘een feest voor de democratie’ te worden. Eindelijk zou het regeerakkoord niet één groot dichtgetikt geheel zijn, maar zou de coalitie per gelegenheid meerderheden zoeken in de eerste kamer.
Helaas, in plaats daarvan werd Rutte II het kabinet van de vele bizarre akkoorden, die niet in de eerste of tweede kamer, maar in achterkamertjes werden gesloten. Geen wisselende meerderheden, maar een vaste coalitie van de regering met drie collaborerende partijen. En wat vooral opvalt aan die akkoorden zijn de minderheidsstandpunten die er ingeslopen zijn.
Zo staat in het zojuist weer opgelapte zorgakkoord bijvoorbeeld dat in de GGZ patiënten te allen tijde een optie voor ‘Christelijke Zorg’ geboden wordt. Het douceurtje voor de ChristenUnie en de SGP om de vrije artsenkeuze te offeren. Draagvlak onder de bevolking vrijwel nul, maar het was nodig voor ‘een meerderheid’.
Coalitiedwang en akkoorden, het is niet nieuw in de Nederlandse politiek. Het is de leidende werkelijkheid. Al het gedoe in de tweede kamer en de eerste kamer, het is daarmee uiteindelijk allemaal slechts theater. De SP roept schande, Wilders laat zijn anti-Islamgetoeter horen, Marianne Thieme roept wat tegen de bio-industrie en van Ojik mompelt iets over vergroening. Men luistert het braaf aan en stemt vervolgens wat men van tevoren in de achterkamertjes heeft afgesproken.
En als er in die kamers dan onverhoopt toch iets gebeurt dat riekt naar democratie, dan zijn de poppen aan het dansen en duikt de politieke elite de achterkamertjes weer in. Dat hebben we nu weer gezien.
Dit alles heeft met democratie niet zoveel te maken. Ministers en splinterpartijen die chantage plegen om minderheidsstandpunten door de kamers te drukken, het is niet verwonderlijk dat in zo een politiek klimaat mensen steeds minder vertrouwen krijgen in de politiek, en het draagvlak voor beslissingen snel afneemt.
Beter zou zijn dat hele coalitiesysteem af te schaffen, en te gaan voor zakenkabinetten die wisselende meerderheden zoeken in de kamers, welke vooral zelf komen met initiatiefwetten. Om ervoor te zorgen dat onze fijne politici dan niet alsnog overgaan tot het sluiten van schimmige dealtjes zou daarbij een correctief referendum moeten worden ingevoerd.
En zet er dan maar gelijk een initiatiefreferendum bij. Want waarom zou ons volk te incapabel zijn om te doen wat de Zwitsers al meer dan honderd jaar praktiseren, zonder van hun land een bananenrepubliek te maken?
Zonder dergelijke regelingen is ons systeem de naam democratie in ieder geval niet waard.