ANALYSE – Het debat tussen links en rechts over taakstraffen, therapie en strenger straffen is geen meningsverschil over wat het best helpt tegen criminaliteit. Achter dit debat zit vooral een meningsverschil over het belangrijkste doel van de straf.
Het is al een oud filmpje, maar ik zie hem op de sociale media nog vaak gepost worden als het erom gaat aan te tonen dat er bij de PVV een steekje los zit: Lilian Helder die loopt te stuntelen en nauwelijks uit haar woorden komt, terwijl ze feitelijk aan wil tonen dat statistisch onderzoek niet mogelijk is omdat ‘persoon A nooit met persoon B valt te vergelijken’.
Dit filmpje leidt een eigen leven, maar valt op fora makkelijk te pareren doordat Helder twee jaar later ogenschijnlijk gelijk kreeg, toen andere wetenschappers het besproken onderzoek onderuit haalden door de methode te bekritiseren: inderdaad is er een verschil tussen de onderzochte groepen – niet meegenomen is het effect in het onderzoek dat de mensen met een taakstraf van de rechter juist een taakstraf kregen omdat de rechter meende dat een taakstraf zou helpen. Dit leverde Helder te zijner tijd een pluim van het NRC op (“Helder heeft toch verstand van statistiek”) en een paar triomfantelijke tweets van haarzelf.
Toch verstand van statistiek?
Had Helder gelijk, zoals het NRC zegt? Nee. Het punt is: kritiek op wetenschappelijk onderzoek is altijd goed, want zo werkt de wetenschap. Maar deze kritiek moet dan wel op wetenschappelijk onderbouwde wijze gegeven worden, anders verwerp je geen kennis voor betere inzichten, maar verwerp je kennis voor regelrechte onzin. Daarbij, dat in dit geval nogal wat kritiek te geven is op de vergelijkbaarheid van de vergeleken groepen betekent natuurlijk nog niet dat groepen en personen nooit te vergelijken zijn, zoals Helder suggereerde.
Een taakstraf is natuurlijk niet altijd leerzaam. Onbetaald werk verrichten is uiteraard nooit leuk, maar ik denk als beruchte ‘linksdenker’ eerlijk gezegd niet dat veel mensen iets opsteken van schoffelen in het park. Wel goed aan een taakstraf is dat mensen voor relatief lichte vergrijpen niet beloond worden met een retourtje naar de ‘hogeschool van de criminaliteit’, zoals de gevangenis ook wel genoemd wordt. Veel zware criminelen begonnen hun carrière immers op die manier. Op zich is dat natuurlijk zeker al winst.
Laten wij daarbij vooral niet vergeten dat criminologie geen wetenschap is die in dit decennium in Nederland is uitgevonden, zoals de tweede kamer soms doet geloven. Uit al het internationaal onderzoek naar straffen blijkt keer op keer dat een therapeutische straf op maat beter werkt dan wraakstraffen. Of die therapeutische straf nu bestaat uit het verrichten van werk dat te maken heeft met de gepleegde daad (werken voor de benadeelde partij of schade van soortgelijke daden herstellen bijvoorbeeld), of dat die bestaat uit begeleiding binnen de gevangenis: dit is de beste methode om herhaling van crimineel gedrag te voorkomen. Daarom zou eigenlijk ieder zinnig mens hier toch voor moeten zijn, zou je zeggen.
Weerstand
In praktijk is er tegen deze kennis echter veel weerstand. De tendens in ons land is al decennialang om steeds strenger te straffen, en van een mild land zijn we een van de strengst straffende landen in Europa geworden. Tegelijkertijd is het gevangenisregime versoberd en zijn de meeste begeleidingstrajecten juist afgeschaft. Waarom?
Rechtse denkers roemen vaak de ‘afschrikwekkende werking’ van strenger straffen, en dat de persoon in kwestie toch maar even van de straat is. Maar zeker voor kleine vergrijpen is het opsluiten van mensen een relatief inefficiënte en bizar dure methode van misdaadpreventie, want om enig effect te sorteren op de criminaliteitscijfers zal je gigantische hoeveelheden mensen moeten opsluiten. De PVV heeft met dat laatste wel geen moeite, maar we zouden eens moeten zien wat de reactie van hun achterban zal zijn als ze via de belastingen de rekening van zulk draconisch beleid gepresenteerd krijgt. En die afschrikwekkende werking is ook weer iets is dat nooit wetenschappelijk is aangetoond. Het misdaadniveau in streng straffende landen ligt ook zeker niet altijd lager dan in milder straffende landen. Wie Europese landen vergelijkt met de Verenigde Staten bijvoorbeeld zou eerder het omgekeerde moeten geloven.
Dit is ook met logisch redeneren te verklaren: de meeste criminelen plegen hun daad natuurlijk helemaal niet met het idee dat ze hun straf niet zullen ontlopen. Als zij bij het plegen van hun daad al aan de justitiële gevolgen denken, dan denken ze over het algemeen juist dat zij hun straf juist wél zullen ontlopen. Daarom is het verhogen van de pakkans effectiever. Maar die heeft juist te lijden door het extra belasten van justitie bij het uitvoeren van langere (en dus duurdere) vrijheidsstraffen. Zeker wanneer zoals in ons land een verschuiving plaats vindt vanaar behandeling waarop juist bezuiniging plaatsvindt naar steeds langere detentie, wordt criminaliteitsbestrijding zo feitelijk steeds inefficiënter.
Verschillende motieven
Waarom dan toch die route gelopen? Dat is omdat er nog een ander sentiment meespeelt bij criminaliteitsbestrijding. Het achterliggende motief van mensen die vasthouden aan strenger straffen is dat zij met het straffen eigenlijk een ander doel voor ogen hebben: het doel van genoegdoening, vergelding en wraak.
Dat is prima, maar wees dan ook consequent, en kom er eerlijk voor uit dat je wraak en maatschappelijke genoegdoening belangrijker vindt dan criminaliteitsbestrijding. Dat is namelijk een volkomen legitiem en verdedigbaar standpunt, dat volgens mij impliciet ook breed gedragen wordt. Doe je dat niet en draai je eromheen, dan ondermijn je alleen je eigen geloofwaardigheid en kom je uit op het gestuntel zoals we van Lilian Helder hierboven kunnen zien. Een gratis advies voor rechtsdenkers.
Ook op links zou men geloofwaardiger overkomen als zij de uiteindelijke doelen van straffen scherper zouden benoemen, en niet alleen benoemden wat hun voorstellen deden met recidive, want uiteindelijk zijn rechtse denkers van dat argument sowieso niet snel onder de indruk. Aan linkerzijde dient men ook te benoemen wat een straf doet inzake preventie en het maatschappelijk gevoel voor rechtvaardigheid. Want een tegenstander uitlachen als ze probeert van alle walletjes te eten is natuurlijk leuk, je kweekt er geen begrip mee van de mensen die je eigenlijk het liefst zou willen overtuigen. Daarvoor zal je ze moeten aanspreken op de zaken die zij uiteindelijk het meest belangrijk vinden.
Uiteindelijk is wraak onuitputtelijk omdat compensatie voor het aangedane leed door lijden van een ander in praktijk gewoon niet bestaat. Maar misschien dat we al een stuk verder kwamen als we een taakstraf voortaan gewoon ‘dwangarbeid’ noemden.
Ons vrolijk maken over PVV’ers kan daarnaast natuurlijk altijd.
Dit artikel verscheen eerder op Sargasso.nl.