Een liberaal met ballen durft géén keuzes te maken

Als de politiek effectief klimaatbeleid wil voeren, bemoeit ze zich niet inhoudelijk met klimaatoplossingen

Ik moet zeggen, Rutte heeft wel lef. Met het klimaatakkoord probeert hij de klimaatcrisis te misbruiken om nog meer subsidie naar het grote bedrijfsleven te krijgen, ten koste van de onderkant van de samenleving. Nu dit wat al te hard uitkomt, probeert hij met een toevoeging van een klein beetje CO2-belasting hetzelfde zwendelplan alsnog aangenomen te krijgen. Dat kan en moet anders. Maar hoe? Verder lezen Een liberaal met ballen durft géén keuzes te maken

Merkel luistert niet (en terecht)

Om extreemrechts het hoofd te bieden kunnen politici uit ‘het midden’ maar beter niet hun oren ernaar laten hangen. 

Bij alle analyses van de verkiezingen in Duitsland las ik er hier ook één van Joost van Spanje. Zijn visie in het kort: Merkel heeft gigantisch verloren, en dat komt omdat zij haar oren niet wat meer heeft laten hangen naar de kiezers van rechts. Haar verlies is volgens van Spanje te verklaren door het feit dat zij weigerde thema’s van de AFD over te nemen, zoals Rutte en Buma dat hier met de PVV wel doen.

Maar klopt die bewering wel? Van Spanje noemt een aantal cijfers maar had daar misschien wat langer naar moeten kijken. Want als het gaat om de bewering dat ‘imiteren’ een goede strategie zou zijn om extreemrechts klein te houden, ontbreekt het in Duitsland juist aan al het bewijs daarvoor.

Merkel heeft verloren ten opzichte van de vorige verkiezingen, dat klopt. Maar daarmee komt ze terug op het electorale niveau van 2009 (33.8%) en zit ze niet ver van 2005 (35.2%). Zij heeft nu 33 procent van de stemmen gehaald: dat is een aantal waar Rutte slechts van kan dromen. Ondertussen is de AFD in Duitsland met 13% van de stemmen electoraal precies even groot als de PVV. En dat zonder dat er in Duitsland ook  maar één partij is die zijn oren naar extreemrechts laat hangen, zoals dat in Nederland door de VVD, het CDA en zelfs de PvdA wel wordt gedaan.

Nu zullen er mensen zijn die zeggen dat Duitsland 15 jaar achterloopt op Nederland. De vraag is waardoor dat komt. Misschien wel juist omdat in Duitsland politieke partijen om historische redenen veel minder geneigd zijn hun oren naar extremisten te laten hangen? Ik geef het maar in overweging.

Extreemrechts heeft alles behalve een meerderheid

Zeker, zoals in ieder land is er ook in Duitsland een substantieel deel kiezers die zich zorgen maken over buitenlanders, vluchtelingen en Europa. Net als in Nederland vindt (of vreest) ook in Duitsland één vijfde tot één derde deel van de kiezers dat immigranten vooral veel problemen brengen (zie hiervoor de cijfers in het artikel van van Spanje).

Maar dat is op zich niet eens zo’n rare angst. Een kleiner deel van die kiezers wil daar echter getuige haar stem de consequentie aan verbinden een toevlucht te nemen tot maatregelen die al even onrealistisch als contraproductief zijn: dichte grenzen (we proberen dat nota bene al meer dan twee decennia lang), en het immigranten vooral zo moeilijk mogelijk maken een weg te vinden in onze samenleving.

Dat is een fors aantal, maar het is geen meerderheid. Het lijkt mij het meest verstandig dat wij ook in Nederland eens stoppen met die kleine 15% van de kiezers de onverkorte aandacht geven die ze al bijna twee decennialang genieten, maar nooit verdiend hebben. Ze zijn geen meerderheid, en hebben geen wijsheid.

Hoe extreemrechts te laten groeien

Extreemrechts vormt daarentegen een kwalijke rem op de integratie, en is continu uit op paniek zaaien voor alles wat vreemd is. Wie dat gaat imiteren, roept willens en wetens om onrealistische oplossingen die contraproductief zijn aan het probleem. Een perfect recept om extreemrechts te laten groeien.

Want als het volk mag kiezen tussen politici die misschien wel onrealistisch zijn, maar tenminste oprecht, en een stelletje halfbakken meelopers, dan kiest het uiteindelijk toch wel voor ‘the real thing’. Liever een schreeuwlelijk die oprechte gevoelens verwoordt, dan politici die het volk proberen te lijmen met paaseitjes en het volkslied, en ondertussen in Brussel oplopen tegen de muur van de realiteit en daar halfbakken oplossingen verzinnen die vlees noch vis zijn.

Want de realiteit is hard. Het is een realiteit met een aantal oorlogen onder de rook van Europa, oorlogen waar rechtse politici overigens alleen maar olie op het vuur lijken te gooien. Het is een realiteit met om die oorlogen heen volstrekt onderbevoorraadde kampen van de UNHCR. En het gevolg van die realiteit is dat we worden geconfronteerd met mensen die geen kant meer op te kunnen en hun heil ergens anders gaan zoeken. Dat is een probleem, een heel groot probleem, en daar moeten we wat mee.

Oprechtheid wint

Het is logisch dat een politicus die dat probleem in al zijn facetten erkent, ook wordt afgestraft. Killing the messenger heet dat, een heel gewoon verschijnsel. Maar dat is geen reden de kop in het zand te steken en weigeren ‘the messenger’ te zijn, wat zogenaamde middenpolitici in ons land plachten te doen.

Merkel heeft meer politieke moed in haar pink dan alle meelopers van de VVD, het CDA en de PvdA bij elkaar. Merkel, ik ben het zeker niet in alles met haar eens, maar zij heeft ondanks dat als een van de weinigen begrepen dat je beter voor je eigen standpunten kan blijven staan. Dat oprechtheid wint. Zij won daar in ieder geval het vertrouwen van één derde van de Duitse kiezers mee, en zal waarschijnlijk een stuk minder moeite hebben een kabinet te formeren dan Rutte.

Laat Merkel nog maar even met de poten in de modder staan, en daarvoor alle kritiek opvangen. Onderwijl kan zij de komende vier jaar rustig verder zoeken naar oplossingen voor de vluchtelingencrisis, terwijl extreemrechts in blinde paniek aan de kant staat te krijsen, en daarmee niets anders bereikt dan alleen maar méér paniek bij haar kiezers, en nóg meer aversie jegens de samenleving van het ‘allochtone’ gedeelte van de bevolking. Twee dingen waar niemand ook maar iets voor koopt.

Tijd voor realisme

Als Merkel standvastig is en haar werk afmaakt, dan wordt dat volk bovendien uiteindelijk vanzelf wel weer stil. Als de vluchtelingen die komen goed worden opgevangen en integreren, dan droogt deze crisis weer op. Wat nieuw is en van ver komt is eng, maar wanneer de plotselinge  bult in de instroom uit 2015 goed en wel verwerkt is, dan zijn de Syriërs van weleer alweer goed en wel vergeten.

Tegen die tijd is er uiteraard weer een nieuw rood stuk vlees waar mensen zich druk om kunnen maken, en waar de volgende generatie opportunisten aan de flanken dan weer haar garen bij kan en zal spinnen. Onderwijl zal de volgende generatie realistische politici als Merkel de zaken hopelijk rustig van alle kanten bekijken, daar dan weer oplossingen voor verzinnen, en deze gewoon doorvoeren zonder al teveel acht te slaan op tegenkrachten die alle realistische oplossingen willen blokkeren.

Zo komen wij verder. Het imiteren van extreemrechts, dat schiet totaal niet op. Laat die thema’s lekker bij de AFD en bij Wilders, en doe er verder als gevestigde partij gewoon helemaal niets mee. Bedenk: 87% van de kiezers in Duitsland heeft níet op de AfD gestemd, waarvan een flink gedeelte ook nog eens net zo fel tegen de AfD is als de AfD-stemmers voor zijn. Die kiezers mogen ook gehoord worden door ‘het midden’. Het lijkt mij er echt tijd voor.

Aan de kant

Ondertussen mogen mensen zich uiteraard druk maken over de afbrokkelende sociale zekerheid, over de onbevredigende staat van de zorg, over het gebrek aan betaalbare woningen, over criminaliteit ook. Ook mogen zij zich druk maken over dat ze geen ruk snappen van waar de politici in Berlijn, Den Haag en Brussel nou eigenlijk mee bezig zijn. Graag zelfs! Deze zaken verdienen aandacht, en verontwaardiging.

Maar wie met die onvrede echt niets beters weet te doen dan zijn of haar stem en steun geven aan een partij die de paar procent vluchtelingen overal de schuld van probeert te geven, een partij die er vervolgens geen probleem mee heeft voor te stellen om dan maar op die vluchtelingen te gaan schieten, een partij die de politicus die dat voorstelt dan nota bene afserveert als ‘te gematigd’… die heeft zichzelf zowel qua wijsheid als moreel gezien echt aan de kant gezet.

Die is voor vier jaar af. Die mag misschien nog af en toe zijn stem laten horen, maar hij heeft zijn eigen stem in het parlement uitgesloten van het realistische debat over oplossingen. Dat is een les die eens geleerd mag worden.

[Ondertussen is in Europa het idee gegroeid dat het misschien beter is om lidstaten niet te dwingen vluchtelingen op te nemen, maar ze voor opvang te belonen. Om zo de wil om de schouders eronder te zetten te vergroten, en hopelijk de opvang van de vluchtelingen een stukje beter te laten verlopen dan de teringzooi die we er de afgelopen jaren op alle fronten van gemaakt hebben. Goed plan! Wie had dat ooit bedacht?]

 

(Dit bericht verscheen eerder op Joop.nl en op Sargasso.nl)

Premier Rutte: Blind, Laf en Visieloos

De uitspraak van Rutte over het Romeinse rijk is enkel bedoeld om mensen bang te maken, en zo het falen van zijn eigen ideologie te maskeren: het bewijs van zijn totale gebrek aan visie en leiderschap.

Eigenlijk was hij te lachwekkend voor woorden, Rutte’s vergelijking van de EU met het Romeinse Rijk. Als de EU net zo snel uiteenvalt als het Romeinse Rijk namelijk, dan kunnen we gerust zijn, want dan hebben we namelijk nog wel een paar eeuwen te gaan. Ook de suggestie dat een paar miljoen Syrische vluchtelingen te vergelijken zouden zijn met de volksverhuizingen van anderhalf duizend jaar terug is om te gillen. Om te beginnen de aantallen: In het hele midden-oosten van Marokko tot Afghanistan wonen maar half zoveel mensen als in de hele EU, en veruit de meesten zijn echt niet van plan naar het koude noorden te trekken.

Daarbij weet iedere vakgenoot van de historicus Rutte dat de stelling dat het Romeinse Rijk bezweek onder de volksverhuizingen inmiddels achterhaald is: de Germaanse stammen die destijds het Romeinse Rijk introkken waren in praktijk nota bene in hoge snelheid geassimileerd in de Romeinse cultuur. De ondergang van het Romeinse Rijk was te wijten aan vele factoren, waaronder heel veel politieke en economische. Maar de vraag hoe het heeft kunnen gebeuren dat dit Rijk ondanks de vele interne problemen zo ongelooflijk lang heeft kunnen bestaan is veel interessanter. Met leiders als Rutte zal de EU deze prestatie waarschijnlijk niet kunnen herhalen.

Een viervoudige crisis

De EU is in crisis. En dan hebben we het niet over slechts één crisis: het zijn er meerdere. We hadden, ondanks dat velen het graag blijven ontkennen, al een tijd lang een klimaatcrisis. Dit is geen onoverkomelijke zaak, maar we ontzeggen onze nazaten het recht op onze welvaart omdat we te belazerd zijn te hervormen. En bij dit veel te trage hervormingsproces loopt Nederland onder Rutte achterop.

Naast die klimaatcrisis hebben we sinds een klein decennium alweer een aanhoudende economische crisis. In tegenstelling tot de rest van de wereld blijft in de EU de economische malaise maar voortduren omdat onze leiders, Nederland weer voorop, weigeren over te gaan op schuldensanering van burgers en overheden, en vast blijven houden aan het oude systeem waarin de belastingbetaler opdraait voor de ellende die het internationale bedrijfsleven, de banken voorop, veroorzaakt. Gevolg: grote delen van de Europese bevolking zijn werkloos, en politici als Rutte weten niets beters te bedenken dan ze verplicht de straten te laten vegen om ze ‘werkdiscipline’ bij te brengen.

Meer recent is er opnieuw een onoplosbaar conflict bijgekomen bij de buren, en dit nieuwe conflict is gillend uit de klauwen gelopen. Naast IS zijn de partijen van Assad, de Koerden, de Russen, de Turken, de NAVO, Iran, Irak, Saudi -Arabië en nog een hele lijst andere facties in een oorlog geraakt waarin de belangen en loyaliteiten hopeloos door elkaar lopen en ieder zijn eigen agenda volgt. Ook de EU-landen spelen hierin een dubbelrol waardoor zij haar positie verzwakt: men werkt samen met gewetenloze dictaturen waarin de mensenrechten net zoveel voorstellen als in het kamp van de vijand, er wordt slechts gebruik gemaakt van wapens op afstand die vooral burgerslachtoffers maken, en vluchtelingen worden geweigerd en door het hele continent opgejaagd. Een beter programma om de stelling dat de EU op zou komen voor veiligheid, vrijheid, democratie en mensenrechten te ondermijnen is er niet, en een betere garantie voor toekomstig verzet tegen ‘de westerse levensstijl’ inclusief terreurdreiging had niet gegeven kunnen worden.

Daarbij is het draagvlak voor de EU onder de bevolking mede door dit alles inmiddels bijna helemaal verdwenen. Een drievoudige crisis was misschien nog aan te vliegen geweest als er niet ook nog een voortdurende politieke crisis was: de zeggenschapsstructuur is buitengewoon vaag, de manier waarop mensen gekozen en beleid bepaald wordt is dat ook, en daarbij bizar ondemocratisch voor een samenwerking van democratieën bovendien. Geen wonder dat mensen zich hier niet in kunnen herkennen.

Een lafbek als premier

Een tijd als deze vraagt om doortastende hervormingen. Voor een meer democratische EU met duidelijkere zeggenschapsstructuren. Voor een herbezinning op onze internationale betrekkingen waarbij gedeelde waarden met onze handelspartners centraal staan en vuile handel wordt vermeden. Voor een overgang naar een samenleving waarin schulden die nooit afbetaald worden niet meer de norm zijn, waarin bedrijven gewoon belasting betalen, en waarin falend beleid wordt afgestraft in plaats van beloond wordt met een bonus. Voor hervormingen op de arbeidsmarkt bovendien, met gelijke kansen en zekerheid voor iedereen. En daarbij voor een vergroening van het belastingstelsel, zodat verantwoordelijk gedrag loont.

Dit alles is niet onmogelijk, maar het vereist sterk leiderschap. En helaas is het daar waar het de EU vrijwel volledig aan ontbreekt, Nederland voorop. Het beste symbool hiervan is Rutte. Wij hebben een premier die de crises niet eens durft te benoemen, sterker nog, er alles aan lijkt te doen deze situatie voort te laten duren. Aan de vooravond van het voorzitterschap van Nederland van de EU wist Rutte onlangs op te merken dat Europa ‘geen behoefte heeft aan grote visies’. De man die vindt dat een visie een olifant is die het zicht belemmert, zit duidelijk nog steeds diep met zijn kop in het achterwerk van zijn eigen neoliberale grote grijze vriend zijn ingewanden te bestuderen.

Daarom begrijpt hij maar niet dat de EU in al die crises zit doordat zij vast blijft houden houdt aan de ideologie die zijn eigen partij blind aanhangt: het geloof in de immer rechtvaardige en efficiënte vrije markt, waarin alle wonden als vanzelf worden geheeld. Dit geloof heeft de economische crisis heeft veroorzaakt en verergerd, en zorgt ervoor dat de sociale zekerheid wordt afgebroken en de zorgkosten worden opgejaagd tot recordhoogten, alles om het systeem in stand te houden van overheden en burgers die eindeloos rente blijven betalen aan falende banken. Het verspilt het talent van zijn bevolking, verspilt bovendien zijn eigen leefomgeving, en kweekt ideologisch gif op de gronden van de buren.

En nu steeds meer blijkt dat deze politiek zichzelf ondermijnt, krijgt zonder blikken of blozen de vluchteling de schuld. Je moet het gore lef maar hebben.

Dit artikel verscheen eerder op Joop.nl.

Politiek Kwartier | Rutte op ramkoers

Rutte heeft geen tijd voor experimenten. Hij ligt op ramkoers om met zijn marktwerking de kredietmaatschappij te laten groeien. Alternatieven lijken er nauwelijks te zijn.

Begrip voor de Grieken valt nog ver te zoeken. Terwijl hen door de EU wars van ieder democratisch proces een programma door de strot wordt gedouwd dat heel de Griekse samenleving down the drain jaagt, worden zij door het NOS Journaal afgeschilderd als onrealistische gekkies die eindelijk een keer normaal moeten gaan doen.

Wie echter naar het programma van Syriza kijkt ziet een partij die niets anders voorstaat dan de sociale voorzieningen zoals die hier in West Europa al decennialang geregeld zijn, met een gezond pacifistisch randje.

Het Spaanse “Podemos” wordt in de media afgeschilderd als Syriza II. Het is een mooie tweede editie. Waar Syriza nog haar basis heeft in de oude communistische beweging en zich gedraagt als klassieke sociaal-democraten, pleit de in het sociale verzet en de universitaire wereld gewortelde Podemos voor een nieuwe verzorgingsstaat, en schuwt niet een term als het basisinkomen te gebruiken.

Beide partijen stellen een ander economisch beleid van de EU voor, waarbij opvallend is dat ze beide wel uitgesproken voor de EU zijn. Zij willen dat in Brussel democratischer wordt, zodat politici gedwongen worden eerst te denken aan de bevolking, en daarna pas aan de banken. Dat spreekt die lui daar in het Zuiden klaarblijkelijk aan.

Waarom hebben wij eigenlijk niet zo een partij? Verder lezen Politiek Kwartier | Rutte op ramkoers

Politiek Kwartier – Rutte op Rozen

COLUMN – Waarin Klokwerk in het koffiedik van 2013 kijkt en de voorspelling aandurft dat dit kabinet nog wel even zal blijven zitten.

Dat 2013 een roerig politiek jaar zal worden lijkt wel vast te staan. Voor het kabinet gaat het nu pas echt beginnen. Op de agenda staan bijzonder forse maatregelen: voor de huizenmarkt, in de sociale zekerheid en in de zorg. Ondertussen is het regeerakkoord over de inhoud en uitvoering van die maatregelen nog uiterst vaag. Bovendien hebben we al gezien dat zelfs die vage voornemens niet in beton gegoten zijn. Drie zaken die garant lijken te staan voor heel wat politiek geweld.

Ondertussen roepen vele boze tongen dat zo’n coalitie niet stabiel kan zijn. En een mooie start had dit kabinet dan ook niet. PvdA en VVD kelderen in de peilingen, en met name Rutte heeft zich in een lastige positie gemanoeuvreerd. Voor de verkiezingen heeft hij de zelfverklaarde hardwerkende Nederlander immers duizend euro belastingverlaging beloofd. Dat doet het natuurlijk leuk tot het stembusmoment. Maar eens komt het moment van de waarheid. Zelfs met de VVD aan het roer.

Dit heeft de mooiweerpartij inmiddels gemerkt. Met het vrijkomen van het regeerakkoord werd rechts Nederland ernstig verstoord tijdens het vingerlikken. Het was een harde schok te beseffen dat de rekening van de crisis niet enkel naar de onderkant van de samenleving kan gaan.

De PvdA-bestuurders lijken daarentegen een handigere strategie te kiezen dan hun collega’s. Ze hebben zich inmiddels gespecialiseerd in het vooral-niets-toezeggen. Zei Samsom voor de verkiezingen al keer op keer dat hij uiteindelijk niets kon beloven, momenteel schreeuwt Asscher van de daken dat we er vooral op moeten rekenen dat hij in de toekomst nogal tegen zal vallen. En ondertussen doet zijn collega Van Rijn er nog een schepje bovenop door alvast de demonstraties die tegen hem georganiseerd zullen worden te voorspellen.

Slim, want daarmee is de kans dat ze werkelijk teleur stellen natuurlijk weer een stuk kleiner. De PvdA kan zo feitelijk alleen maar winnen, de VVD alleen verliezen. Theoretisch gezien dan. Want het is nog maar zeer de vraag of deze strategie bestand is tegen de klap die de uiteindelijke resultaten zullen geven.

Spannend dus. Van zoveel onzekerheid worden veel mensen zenuwachtig. Mij lijkt het echter een zegen voor de democratie dat er een kabinet zit dat niet alles heeft dichtgetikt in een regeerakkoord, maar punt voor punt draagvlak gaat zoeken in de samenleving.

En daarbij zie ik dit kabinet het jaar wel overleven. Ome Maurice de Wafwaf mag dan iedere week wel een nieuwe virtuele verkiezingswinnaar aanwijzen, de algemene boodschap is eigenlijk vrij saai. Het politieke landschap ziet er na de verkiezingen namelijk gewoon weer zo uit als een aantal maanden daarvoor. Een stuk of vijf partijen die om de twintig zetels hangen en om beurten een zeteltje winnen of verliezen.

De PvdA en de VVD zullen daarmee waarschijnlijk beter dan de critici begrijpen dat hun winst behoorlijk incidenteel was, en de kans vrij klein is dat ze de volgende ronde weer zullen winnen door in de laatste weken weer met tien tot twintig zetels te stijgen. Ondertussen hebben ze toch maar rond de veertig zetels elk, een kabinet, en een tot op het bot verdeelde oppositie waarin het goed winkelen is. En wanneer krijg je opnieuw de kans om een coalitie te vormen met maar één partij, waartegen je je ook nog prachtig af kan zetten? Niet zo snel meer.

Alleen maar goede redenen dus voor beide partijen om het kabinet vooral nog maar even te laten zitten. De volle vier jaar het liefst. Rutte zit op rozen.

Politiek Kwartier – Antilliaanse diplomatie

COLUMN – Waarin Klokwerk stelt dat diplomatie toch iets anders is dan om de waarheid heen blijven draaien.

Kijk die Rutte eens genereus zijn! Als de Antilliaanse eilanden ons Koninkrijk willen verlaten, dan mogen ze dat van ‘m.

Alexander Pechtold echter stond direct op zijn achterste poten. Hoe haalt de premier het in zijn hoofd! Rutte zou populistisch en weinig diplomatiek zijn. En ook in de media is de associatie van Rutte’s uitspraken met eerdere uitspraken van Brinkman snel gelegd.

Maar dat lijkt mij onterecht.

Om te beginnen drukte Rutte zich niet uit in beledigende termen. Geen flauwe suggestie de eilanden op marktplaats te zetten, geen bewering dat het niets dan corrupte boevennesten zouden zijn. Dat is al een wereld van verschil. Daarbij zei Rutte niet dat hij zélf de eilanden liever kwijt dan rijk is – hij benadrukt enkel de eigen keuze.

Maar wat veel belangrijker is: de uitspraak van Rutte komt niet uit de Nederlandse lucht vallen. De suggestie van een Antilliaanse exit is namelijk niet aan Nederlandse populisten voorbehouden. Juist Antilliaanse politici dreigen hier regelmatig mee.

Niet voor niets komen de verontwaardigde reacties op Rutte zijn uitspraken van Nederlandse oppositieleden – en niet van Antilliaanse politici zoals bij Brinkman. Kennelijk wordt Rutte zijn boodschap op de eilanden wel begrepen.

Er is niets mis met een beetje duidelijkheid in die discussie. Zeker omdat de Antilliaanse drang naar onafhankelijkheid steevast gepaard gaat met verlangen naar Nederlands geld. We mogen wel betalen, niet bepalen. Die combinatie lijkt mij geen insteek voor onderhandelingen.

De uitspraak van Rutte dat de laatste euro naar de Antillen is overgemaakt mag dan hard zijn, ze is wel realistisch. In 2010 is ons koninkrijk opnieuw ingedeeld. Toen is afgesproken dat Nederland een groot bedrag over zou maken, waarna de eilanden niet alleen juridisch maar ook financieel zelfstandig zouden zijn. Het lijkt me dan ook normaal dat de eilanden zich in de onderhandelingen ook zo opstellen én behandeld worden.

Wat ik echter mis in het verhaal van Rutte – of beter gezegd: hoe het in de media kwam – is de analyse van wat wij als land aan onze overzeese gebiedsdelen kunnen hebben. Er is de afgelopen tijd nu wel genoeg benadrukt dat er veel corruptie is en dat de eilanden fungeren als exportlanden van drugs en probleemjongeren. In die harde kritiek zit een kern van waarheid, maar het is goed ook eens stil te staan bij de kansen van de Antillen.

Want de eilanden zijn niet alleen voor toeristen zeer aantrekkelijk. Ze zijn belangrijk voor de handelsbetrekkingen met economisch snel groeiende landen als Brazilië en Venezuela. Verder zijn de eilanden strategisch gezien niet waardeloos. Die vliegbasis van de VS ligt er niet voor Jan Joker.

Niet voor niets bieden de eilanden dan ook werkgelegenheid aan een grote groep Nederlandse expats en bedrijven. Investeren in veiligheid en scholing in de overzeese rijksdelen is daarom niet alleen interessant voor de mensen daar: de Antillen zijn ook voor ons van belang.

Maar als wij daar gaan investeren, hoort daarbij dat wij de zeggenschap houden over hoe ons eigen geld wordt besteed.

Het is niet diplomatiek daar onduidelijk over te zijn. Misschien klinkt het vriendelijker, maar zulke vriendelijkheid loopt in praktijk uit op teleurstellingen. Wij Nederlanders staan bekend om onze botte directe zakelijkheid. Die mentaliteit heeft ook voordelen. Ik ben geen fan van Rutte, maar zijn zakelijkheid naar de Antillen lijkt mij juist een constructieve insteek.

Politiek Kwartier – Rutte op een roze olifant

COLUMN – Waarin Klokwerk Rutte’s participatiesamenleving bij de slurf neemt en stelt dat het dier niet kan overleven zonder verzorgingsstaat.

Ruim twee weken geleden vergeleek Rutte een visie nog met een olifant die het uitzicht belemmert. Ten onrechte stelde hij daarmee een visie gelijk aan dogmatisch idealisme.

Zeker valt het kabinet gebrek aan visie te verwijten. Maar die olifant, die staat er wel degelijk. In de troonrede werd hij meerdere keren bij naam genoemd. Rutte’s olifant heet “participatiesamenleving”.

Het woord gonsde daarna rond op twitter en politieke zwaargewichten als Femke Halsema en Wouter Bos namen meteen afstand van de term, die ze ook al van Balkenende kenden. Maar is dat zo terecht?

Met de term “participatiesamenleving” verwijst Rutte naar het beeld van een samenleving van leuke blije burgers die hun schouders eronder zetten en opkomen voor elkaar, en als het kan te trots zijn om afhankelijk te zijn van collectieve voorzieningen.

Op zich is dat een prachtig ideaal, waar ook ondergetekende in gelooft. Maar laten we met dit prachtige idealisme wel realistisch blijven. Mensen zijn gelijkwaardig, maar niet gelijk. Er is in het leven een fundamentele ongelijkheid.

Lichamelijk ongemak, daar heeft niemand om gevraagd. Ook het hebben van een geestelijke beperking is niet iets waar mensen zelf voor kiezen. Noch kiezen ze voor het hebben van buren of familieleden met beperkingen. Toch zetten al deze zaken mensen op achterstand ten opzichte van hen die hier niet mee te maken hebben. En meestal buiten hun eigen schuld.

Om dit wat te compenseren zijn er collectieve voorzieningen. Zij ontlasten de mensen die tegenslagen hebben, en creëren zo meer gelijke kansen voor mensen om hun talenten te ontplooien. Daarom zijn ze hard nodig voor het constitueren van het liberale ideaal, waarin het beste beloond wordt en het slechtste afgestraft.

Volgens de troonrede is een participatiesamenleving een samenleving die past bij mondige burgers. Daarbij zou ik dan denken aan een samenleving met veel inspraak en vrijheid in de manier waarop die collectieve zaken worden vormgegeven en ingezet.

Dat is iets heel anders dan een samenleving waarin mensen door de overheid in de steek gelaten worden.

De troonrede spreekt bovendien van de participatiesamenleving als samenleving van zelfstandige burgers. Daarvoor lijkt het mij een vereiste dat mensen die voor anderen zorgen daar ook eerlijk voor worden beloond.

Dat is iets heel anders dan dat ze gezien worden als bezuinigingspost en als stank voor dank nog meer shit op hun nek geschoven krijgen.

Het liberalisme is waardevol, maar kent een aantal schadelijke dogma’s. Eén ervan is het idee dat de verzorgingsstaat mensen lui zou maken en particulier initiatief wegdrukt. Deze aanname wordt door geen enkel onderzoek ondersteund. Het geloof dat mensen vanzelf wel in het gat zullen springen dat een overheid creëert is een gevaarlijke illusie.

En waar dat wel zo is, worden juist deze waardevolle mensen onterecht op achterstand gezet. Zo werkt de vrije markt.

Een participatiesamenleving kan niet zonder een goede verzorgingsstaat. Door het dogmatische idealisme van Rutte komt de participatiesamenleving eerder verder weg te liggen dan dat deze dichterbij komt.

Het vervelende hiervan is dat Rutte dat zelf niet lijkt te beseffen. Ook dat is blind idealisme. Rutte ziet zijn eigen roze olifant niet, omdat hij er bovenop zit. En in 2014 gaat hij er weer vrolijk mee door de porseleinkast. Dat u het even weet.

Emile, wil jij mijn poedel worden?

– Met Emile.
– Hey Emile, je spreekt met Mark.
– Mark?
– Ja, Mark, je premier-to-be, whahahahaha.
– Had je gedroomd Mark.
– Dat de beste moge winnen, Emile.
– Ik wil niet dat de beste wint, ik wil dat ik win. Ik hoop niet dat Diederik wint, Mark.
– Ik ook niet Emile.
– Dat zou ook niet eerlijk zijn, vind je niet? Wij hebben immers toch de mooiste slogans?
– Vind je?
– Ja, vooral die van jullie over die belastingverlaging vind ik mooi gevonden.
– Dank je.
– Waar je midden in de crisis het geld vandaan haalt is mij eerlijk gezegd een raadsel, maar het is gedurfd.
– Ach, zolang de mensen het graag geloven, geloven ze het. Vijfenzestig blijft vijfenzestig was overigens ook een meesterzet hoor, ere wie ere toekomt.
– Ja, en het is ook waar hè? 65 zal niet plotseling 67 of 53 worden. Een koe blijft een koe, een paard een paard, twee blijft twee en 65 blijft 65. Ze zullen me nooit van liegen kunnen beschuldigen. Kan je nog wat van leren Mark.
– Eh ja.
– Maar het is prachtig wat die reclamejongens allemaal niet weten te bedenken nietwaar?
– Wat je zegt.
– Die van jullie: harder straffen, minder begrip van criminaliteit, dat is ook behoorlijk geniaal.
– Nee, dat zeg je verkeerd Emile, het is: strenger straffen, minder begrip van criminelen, eh, vóór criminelen, ik bedoelde voor criminelen.
– Ben je voor criminelen Mark?
– Nee, voor minder begrip daarvoor.
– Oh, ik dacht minder begrip van criminaliteit.
– Ach dat komt allemaal op hetzelfde neer toch? Maar goed, Emile, ik belde dus met een vraag.
– Die zijn er om gesteld te worden Mark.
– Mooi.
– Behalve in de Kamer, want daar krijg je toch geen antwoord.
– Lollig.
– Ter zake Mark.
– Emile, wil jij mijn poedel worden?
– Je wat?
– Mijn bedrijfspoedel, bedoel ik.
– Huh?
– Je weet wel, een beetje blaffen op zijn tijd maar uiteindelijk mooi aan lijntje lopen.
– Nou, dat lijkt me geen goed idee Mark.
– Nee?
– Eigenlijk wilde ik jou net hetzelfde voorstellen maar dan andersom.
– Wat zeg je nou Emile? Je gelooft toch niet serieus zelf nog dat jij premier kan worden?
– Nou, moet je horen wie het zegt. Een paar jaar terug had ook niemand het van jou gedacht.
– Mijn collega’s van de EU geloven het eerlijk gezegd nog steeds niet, whahahaha.
– Hoe dan ook Mark, het gaat niet gebeuren.
– Wat niet?
– Gedoogsteun van de SP voor de VVD.
– Je weet niet wat je zegt! Gedoogsteun is zo gezellig. Ik heb er prima ervaringen mee.
– Gaat niet gebeuren Mark.
– En een kabinetje van ons samen met het CDA en de PvdA wordt het ook niet? – Vraag daar D66 maar voor.
– Dat is precies wat ik ook ga doen Emile.
– Ik was er al bang voor.
– Mijn vraag was dan ook niet serieus gesteld, Emile.
– Alleen maar voor de vorm zeker?
– Alleen maar voor de vorm Emile.
– Een dolletje eigenlijk?
– Een dolletje, en om alvast te oefenen voor na 12 september, Emile.
– Dus niets serieus aan?
– Je weet toch dat ik nachtmerries van je krijg als ik weer eens zwaar getafeld heb?
– Dat is waar ook. Je moet aan je gezondheid denken.
– Zeker.
– En ophouden met zwaar tafelen is er voor jou natuurlijk niet bij.
– Nee.
– Maar, wat als Diederik nu eens niet jou, maar mij vraagt voor zijn kabinet?
– Tsja, dát is natuurlijk aan hem, Emile, maar dan zullen jullie waarschijnlijk Sybrand en Alexander moeten lijmen voor jullie mooie plannetjes.
– Of Jolande en Arie of Marianne.
– Nou niet te wild gaan worden, Emile.
– Maar als je ziet wat er in één halve week kan veranderen…
– Denk toch aan onze premiersstrijd, Emile.
– Oh ja, dat is waar ook.
– Hou daaraan vast, Emile.
– Ja.
– Niet opgeven, Emile.
– Nee.
– Die maakt ons groot, Emile.
– Die maakt jou groot zal je bedoelen.
– Daarvoor wilde ik je nog hartelijk bedanken Emile.
– Matig graag gedaan Mark.
– Dank je Emile.
– Veel succes nog deze verkiezingen Mark.
– Jij ook veel succes dan maar Emile.

Bespreking over het ontslagrecht

ACHTERGROND – In een nieuwe serie behandelt Sargasso enkele thema’s die in het regeerakkoord zouden moeten staan. Redacteur Klokwerk kijkt door het raam mee het torentje in waar Rutte en Samsom net zijn toegekomen aan het bespreken van het heetste hangijzer: het ontslagrecht.

Mark: En nu komen we aan het lastigste punt, Diederik.

Diederik: Mm?

Mark: Het ontslagrecht…

Diederik: Ai.

Mark (stroopt zijn mouwen op).

Diederik: Ik vermoed dat je alweer voor de zoveelste keer voorstelt om het ontslagrecht af te zwakken, Mark…

Mark: Mm-mm…

Diederik: Weer een verlaging van de ontslagvergoeding, weer een verzwakking van de rechtspositie van de werknemer…

Mark: Precies wat ik wilde zeggen Didi.

Diederik: Is het voor jullie dan nooit genoeg? Al jaren gaat het stap voor stap achteruit!

Mark: Totdat het ontslagrecht helemaal verdwenen is, is het nooit genoeg, Diederik.

Diederik: Maar je bent ook met stilstand al aan de winnende hand! Er wordt bijna geen vast contract meer uitgeschreven! Over twintig jaar loopt er in heel Nederland toch al bijna geen werknemer meer rond die aanspraak kan maken op een ontslagbescherming of ontslagvergoeding!

Mark: Geef het maar op Diederik.

Diederik: OK.

Mark: Mm?

Diederik: Ik zeg OK, ik geef het op. Als er binnenkort toch geen ontslagbescherming meer bestaat in ons land, dan zetten we er meteen een vette streep doorheen. Hele ontslagbescherming afschaffen zeg ik.

Mark: Wat???

Diederik: Maar onder één voorwaarde.

Mark: En dat is?

Diederik: Simpel. De WW gaat het eerste half jaar naar honderd procent en wordt voor niemand korter dan twee jaar. Bovendien heeft iedereen die zijn baan verliest recht op een maand gratis aanvullend onderwijs.

Mark: Wow wow wow! Jij wilde Sinterklaas gaan spelen?

Diederik: Niet ik, die werkgevers die zo profiteren van het verdwijnen van het ontslagrecht moeten dat dan maar betalen. Die betalen in de ruil voor die streep die we zetten maar een premie die afhangt van het aantal individuen dat per vijf jaar in de onderneming is werkzaam geweest. Zo belast je werknemers die het kortst mensen in dienst hebben het meest zwaar. Da’s eerlijk, nietwaar?

Mark: Heftig…

Diederik: Akkoord of niet?

Mark: Eh…

Diederik: Bedenk wel dat als je het niet doet we nog twintig jaar deze discussie voeren hè. En twintig jaar die vakbonden over de vloer…

Mark: OK, OK…

Diederik: Terwijl zonder ontslagbescherming geen vakbond meer zal overblijven. Waarom dacht je anders dat die lui nog leden kregen?

Mark: OK, OK, ik heb hem.

Diederik: Hahahahahahaha, je trapte erin!

Mark: Wat?

Diederik: Whahahahahaha, je geloofde me echt hè?

Mark: Oh, hahahahahaha, ja!

Diederik: Domoor! Wat zou ik met zoiets tegen al die vakbondslui moeten zeggen? Jullie kunnen naar huis?

Mark: Hahahaha, ja.

Diederik: En wat zou jij tegen de werkgevers moeten zeggen? Jullie hoeven niet meer op me te stemmen, want het doel is bereikt?

Mark: Hahaha, nee, dat gaat niet.

Diederik: En waar zouden wij het de komende jaren nog de actualiteitenprogramma’s mee moeten vullen? Met discussies over de Hedwigepolder soms?

Mark: Hahaha, hou op! Je hebt gelijk. Als we dit soort briljante plannen gaan verzinnen zijn wij zelf binnenkort de werklozen!

Diederik: Precies. En daarom stel ik inzake dit dossier iets anders voor.

Mark: Vertel. En nu serieus he?

Diederik: We verkorten het ontslagrecht zo, dat zowel werknemers als werkgevers net ontevreden zijn…

Mark: Ga door.

Diederik: … en dan laten we de werkgever precies zoals jij in de lente al bedacht had ook nog eens het eerste deel van de WW betalen, zodat de vakbonden extra veel werk hebben om dat los te peuteren.

Mark: Heel goed. Heel goed.

Diederik: Maar daar laten we het niet bij. Om het nog ingewikkelder te maken, gaan we werkgever en werknemer ook nog dwingen om samen een werk-naar-werk plan te produceren voor het ladekastje.

Mark: Hahaha, boef! Maar… daar kan ik dan nog wel overheen! Laten we aan dat werk-naar-werkplan dan ook gelijk allerlei rare kortingen en boetes hangen als een van beide partijen zich daar niet aan houdt.

Diederik: Briljant.

Mark: Zeker. Het is natuurlijk niet de bedoeling dat we de arbeidsmarkt helder, transparant en flexibel gaan maken.

Diederik: Precies, want zodra we dat doen, is er voor vakbondsmensen en juristen niets meer te doen.

Mark: En evenzo voor politici, Didi.

Diederik: En evenzo voor politici, Mark.

Mark: Borreltje?

Diederik: Ja doe maar. We moeten hier immers nog drie dagen blijven zitten voordat we de mensen vertellen dat we na lang onderhandelen dit plan-op-hoofdlijnen hebben vastgesteld.

Mark: Zeker. Als we op dit dossier na vijf minuten naar buiten komen snapt iedereen dat we de zaak belazeren.