De dubbele agenda van de PvdA

Wat zijn de motieven van de PvdA voor het ondermijnen van de sociale zekerheid?

Vorig jaar, toen de Wet Werk en Zekerheid nog nauwelijks media-aandacht kreeg, heb ik er in mijn column op Sargasso (1) al voor gewaarschuwd: Met deze wet wordt de tweedeling op de arbeidsmarkt alleen maar erger. Flexwerkers worden eerder ontslagen, terwijl het vangnet achteruit holt.

En ja hoor, gisteren in het AD weer een artikel over een schattig meisje dat zonder enige andere aanwijsbare reden na twee jaar haar baan verliest. En helaas gaat dit artikel niet over een uitzondering: een maand voor de invoering van de wet werd al een ontslaggolf onder flexwerkers waargenomen.

Dit effect gaat door. Om mij heen zie ik om de haverklap mensen hun baan verliezen, steeds toevallig na twee jaar dienst. De meeste werkgevers doen er niet zo huichelachtig over als Ahold in het AD. Al drie keer heb ik het verhaal gehoord van iemand die letterlijk verteld werd dat het tijd is een half jaartje op de bank te gaan zitten: na dat halve jaartje is er immers wél weer de mogelijkheid voor een tijdelijk contract. Het is om te janken.

Gespeelde verontwaardiging
Als ik nu de enige helderziende was geweest destijds, dan had ik het Asscher misschien nog vergeven. Maar dat is niet het geval. De media besteedden er toen nog niet zoveel aandacht aan, maar arbeidsmarktspecialisten hebben hier keer op keer voor gewaarschuwd. Asscher zette echter door.

En hoe is zijn reactie nu? Gespeelde verontwaardiging. Zogenaamde solidariteit met de slachtoffers van zijn eigen domme beleid. Want die stoute werkgevers, die hebben het maar niet begrepen. De bedoeling van zijn wet was immers zo mooi, ziet u? Asscher speelt kortom mooi weer over de ruggen van flexwerkers nadat hij er zelf een mes in heeft gestoken.

Ondertussen is Asschers staatssecretaris Klijnsma bezig de bijstand te hervormen tot een bureaucratisch monster van zinloze kortingen die de armoedeproblematiek (en de kosten daarvan!) vergroten, met duur betaalde prikkels waardoor niemand eerder aan het werk komt, en waardoor uiteindelijk zelfs banen verdwijnen.

Mogelijke motieven
De vraag dringt zich op: Waarom? Waarom steeds gekozen voor beleid waarvan van tevoren al bewezen is dat het contraproductief werkt? Waarom niet gekozen voor een controlevrije bijstand, die prikkelender is, en uiteindelijk goedkoper in de uitvoering? En waarom niet gekozen voor het opbouwen van rechten vanaf dag 1 dat iemand in dienst is, in plaats van na twee jaar?

Een verklaring voor deze keuze is natuurlijk pure naïviteit. Maar op een bepaald moment is kortzichtigheid gewoon niet meer afdoende als verklaring. Dat de PvdA voor de huidige route kiest kan misschien beter verklaard worden door andere motieven:

1. De PvdA kiest er welbewust voor mee te gaan in het rechtse frame van de luie en frauderende uitkeringstrekker omdat dit het makkelijkste verhaal is. De PvdA kiest daarmee voor een korte-termijnbezuiniging op de bijstand via strafkortingen. Dit gaat sneller dan bezuinigen door het afschaffen van controles en re-integratietrajecten, want het vereist geen reorganisatie van de sociale zekerheid. Dat dit op den duur meer kosten met zich meebrengt door groeiende armoede en schuldenproblematiek, komt niet op de huidige rijksbegroting terug.

2. De PvdA ziet de huidige hervormingen in de sociale zekerheid ondertussen vooral als werkgelegenheidsproject voor re-integratiewerkers en controle-ambtenaren. Ook betekent een ingewikkeld ontslagstelsel met veel verschillende rechtsposities brood op de plank voor juristen en de vakbonden. De PvdA zoekt haar achterban met name bij de mensen die werkzaam zijn in dit veld.

3. De schuld van de negatieve effecten van hun beleid leggen de PvdA bewindslieden bij de zogenaamde luie uitkeringstrekkers en moreel verdorven werkgevers. Dat hun positie en gedrag te verklaren valt als effecten van het huidige beleid wordt bewust verzwegen. Mensen met een uitkering en werkgevers vormen dan ook niet de achterban van de PvdA. De PvdA mikt traditioneel gezien vooral op ambtenaren en mensen met een vast contract, en probeert ondertussen flexwerkers te lijmen met ‘goede bedoelingen’.

Te cynisch?
Misschien vindt u mij hier wat te cynisch. Maar het is de treurige waarheid in de politiek dat een partij die een succes boekt met de bestrijding van ‘haar’ probleem zichzelf overbodig maakt. En dat is misschien maar al te hard bij de top van de PvdA doorgedrongen. Zij volgen zodoende dezelfde tactiek als Wilders: krokodillentranen vergieten over de misstanden, maar feitelijk alleen maar maatregelen voorstellen die de problemen doen toenemen: die problemen vormen immers je bestaansrecht als partij.

In het geval van Wilders is het zaak moslims zoveel mogelijk van de samenleving weg te duwen en zo eventueel te laten radicaliseren, in het geval van de PvdA is het doel de sociale zekerheid te veranderen in een ingewikkelde kluwen van onrechtvaardigheden. Want dat is de beste garantie voor werkgelegenheid voor ambtenaren, en toekomstige stemmen op een partij die zich profileert als partij die opkomt voor mensen met een baan.

(1): Column Sargasso: Politiek Kwartier | Flex als nieuwe norm

Dit artikel verscheen eerder op Joop.nl.

Politiek Kwartier | Schuldig tot het tegendeel bewezen is

COLUMN – De Fraudewet gaat uit van de schuld van mensen. Een uitgangspunt dat behalve oneerlijk ook nog eens kostbaar is.

In het strafrecht geldt het principe: onschuldig totdat schuld bewezen is. Dit gaat op voor ernstige zaken als moord en doodslag, maar ook voor oplichting en vermogensdelicten.

In de sociale zekerheid geldt sinds de invoering van de zogenaamde Fraudewet op 1 januari 2013 echter het omgekeerde principe. Als iemand door een administratiefout onterecht een te hoge uitkering krijgt, moet hij bewijzen dat hij te goeder trouw was. Lukt dat niet, dan kan deze persoon een forse boete niet meer ontlopen.

In sociale zekerheidsland zijn mensen bij het constateren van een misstand dus schuldig tot het tegendeel bewezen is.

Dit ligt helemaal in lijn met een cultuur waarin werklozen worden afgeschilderd als profiteurs die moeten worden geleerd eindelijk eens zelf wat te doen om aan een baan te komen.

Dat deze cultuur schril afsteekt tegen de realiteit van een groot gebrek aan vacatures, heeft haar tot op de dag van vandaag nog niet aangetast.

De zogenaamde Fraudewet blijkt ondertussen vanaf de implementatie al vele misstanden op te leveren. Maar minister Asscher heeft aan deze signalen geen boodschap. Hij wil de officiële evaluatie van de wet afwachten.

Die evaluatie zal echter niets anders uitwijzen wat we nu weten, en eigenlijk al lang zagen aankomen: duizenden mensen komen in de moeilijkheden doordat ze tegen de bureaucratische muur oplopen van instanties als het UWV en de Sociale Diensten.

Asscher wil echter niet graag aan de Fraudewet tornen, omdat fraude ‘het draagvlak onder de sociale zekerheid ondermijnt’.

En daarom gaan we onschuldige mensen maar als fraudeurs behandelen?

Waarom laten we ons sociale stelsel eigenlijk om zeep helpen door jaloerse mensen die uitkeringsgerechtigden toch altijd wel zullen blijven beschouwen als klaplopers – totdat ze zelf een keer ziek worden of hun baan verliezen uiteraard?

En hoe zit dat met het draagvlak voor de sociale zekerheid als uitvoerende instanties niet alleen een potje maken van hun administratie en dienstverlening, maar dit ook nog eens kunnen aangrijpen om mensen de rechten te ontnemen waarvoor ze jarenlang premie hebben betaald?

Bullshit. In werkelijkheid is draagvlak niet het argument. Dit kabinet wringt zich in de raarste bochten om op de sociale zekerheid kunnen bezuinigen. En als dat niet op een rechtvaardige manier kan, dan maar op een onrechtvaardige manier. Want mensen die geen oplichters zijn beboeten is ronduit immoreel.

Het is daarbij echter nog maar zeer de vraag of deze aanpak van fraude wel zo kostenefficiënt is.

Iemand die een onrechtvaardige boete moet betalen schrijft een bezwaarschrift. En ook al wordt dat bezwaarschrift op basis van de Fraudewet sowieso ongegrond verklaard, dan nog lijkt het mij sterk dat de behandeling van al die protesten zo goedkoop is. Het UWV heeft haar administratie toch al nauwelijks onder controle.

Daarbij blijkt dat mensen door de boetes in financiële moeilijkheden komen en daardoor nota bene vaker gaan frauderen en langer in de uitkering blijven zitten. Het geld dat met de boetes wordt gewonnen, lekt zo vanzelf weer weg.

Het uitgaan van wantrouwen zou dus uiteindelijk wel eens flink duur kunnen uitpakken. En dat is dan cynisch genoeg het enige rechtvaardige aan de hele zaak.