Politiek Kwartier | Het failliet van democratisch Europa

Deel dit:

COLUMN – Door het schimmige proces van benoemingen zorgen de regeringsleiders ervoor dat de EU zich steeds verder van de kiezer vervreemdt.

Voor de EU zou deze week in het teken van benoemingen staan. Er vond echter maar één benoeming plaats. Zoals verwacht werd Juncker inderdaad voorzitter van de Europese commissie. De rest van de functies bleek vooralsnog te moeilijk om in te vullen. De regeringsleiders zijn er onderling nog niet uit.

Omdat Juncker toevallig precies de kandidaat is die het Europees Parlement eerder naar voren schoof, zien sommige commentatoren dit als een soort democratische doorbraak. Maar dat is natuurlijk onzin. Het benoemingsproces is en blijft uitermate schimmig, en kan bij de euro-kritische burger alleen maar irritatie en onbegrip opleveren. Het model van een set regeringsleiders die in een duister wandelgangencircus in niet-openbare stemmingen de topfuncties verdelen is dan ook volkomen ongeloofwaardig voor een Unie die door wil gaan als ‘democratisch’.

Sommigen menen dat het beter zou zijn als de mensen voor topfuncties gekozen zouden worden door het Europees Parlement. Maar om het vertrouwen van de bevolking terug te winnen lijkt mij dat niet genoeg. Dat parlement schuift immers nu Juncker naar voren omdat hij de leider is van de grootste fractie. Maar omdat we als bevolking voor het parlement alleen maar op landgenoten mogen stemmen heeft het merendeel van de kiezers nooit op deze kerel kunnen stemmen.

Het vertrouwen in de leiders van de EU kan maar op één manier hersteld worden: laat de burgers de mensen die het in Brussel voor het zeggen hebben rechtstreeks kiezen.

En dan geen verkiezingen per land, maar per kandidaat. Want juist het landen-afhankelijk stemmen is wat de Europese politiek verlamt en haar van de burger vervreemdt. Doordat wij alle stemmingen via de landelijke indeling laten verlopen blijft het Europese debat een discussie van een zich klein voelende natie over het ver gelegen Brussel.

Het idee dat de natie te pleasen zou zijn met een Nederlander in een hoge functie is daarbij absurd. Belangrijker dan de nationaliteit lijkt mij toch echt het programma van zo een persoon. Frits Bolkestein was jarenlang eurocommissaris, en maakte zich er met name sterk voor dat ondernemers uit lage lonenlanden tegen de voorwaarden van het land van herkomst hun diensten zouden mogen aanbieden in andere lidstaten. Alsof het verschijnsel van goedkope werknemers al niet genoeg onrust veroorzaakt.

Gelukkig zijn de Fransen daar voor gaan liggen.

De lobby van Balkenende voor het grondwettelijk verdrag behelsde met name zijn pogingen om God in de grondwet te krijgen. Jan-Kees de Jager liet de EU strak vasthouden aan de 3%-norm.

Ik bedoel maar. Het beste komt niet altijd uit Nederland.

Het beste wat de Europese leiders zouden kunnen besluiten voor de nog openstaande post van voorzitter van de raad van Europa is hier echte verkiezingen voor te organiseren. Laat de mensen die de hoogste functies in Europa ambiëren open en bloot aan de Europese burgers uitleggen wat zij nu werkelijk willen met de EU, in plaats van zich achter de coulissen in te likken bij regeringsleiders. Het is die openheid die in de EU ontbreekt. 

Onze premier kraait echter vergenoegd uit dat hij het liefst zo lang mogelijk geheimzinnig blijft doen. Niemand weet wat voor spelletje hij namens ons allemaal speelt, en dat houdt hij graag zo. Ziehier het failliet van democratisch Europa.


Deel dit: